Voetenwerk

Kijkend naar alle waarnemingen van vandaag hoeven we zeker niet ver weg want in het Binnenveld zijn vele bijzondere vogels gezien: wielewaal, krekelzanger, bosrietzanger… We rijden naar het parkeerterrein en maken ons gereed om op stap te gaan. Dat wil zeggen: camera omhangen, verrekijker om de nek, rugzak mee. Dan hoor ik van bovenaf: ‘Hey, Rebekka!’ Ik kijk omhoog en daar staan zoon Robert & (bijna) schoondochter Sanne op de uitkijktoren. Wat een leuke verrassing. We gaan samen op vogel-pad en zij krijgen onze kijkers om. We beginnen met een fazant, die is duidelijk te zien en zo kunnen ze ook even oefenen met het kijken door een verrekijker. Want dat is toch echt even wennen, als je er niet bekend mee bent. Met het blote oog iets zien en dan door de verrekijker kijken en vervolgens geen vogel meer zien. Heb je ‘m eindelijk in beeld, dan nog scherpstellen. Maar ze hebben het snel onder de knie. We lopen de Kooiweg op en daar zit van alles: gele kwikstaart, grutto, kievit, wulp, graspieper. Die laatste zette ons nog op het verkeerde been, vanwege zijn slanke uiterlijk. De meeste piepers die ik heb gefotografeerd waren wat boller, compacter. Toen ik thuis de foto bekeek, viel me nog iets op: wat een enorme nagels:

Graspieper

Daar wilde ik wel wat meer van weten en zo heb ik mee eens goed verdiept in het voetenwerk van een vogel. Ik moest echt speuren op internet. Maar een goed plaatje kwam ik niet tegen. Uiteindelijk uit onze eigen boekenkast een boek over vogels schilderen erbij gepakt met een mooie uitleg over vogeltenen en daarbij een duidelijke afbeelding:

De cijfers staan niet voor het aantal tenen maar voor het aantal kootjes (botjes) ín de tenen. Veel vogels hebben ook wel 4 tenen: 1 die naar achteren wijst en 3 naar voren. De achterteen van de pieper heeft extreem lange nagels, zo kan die makkelijk zijn evenwicht bewaren als hij op een tak of (prikkel)draad zit. Nu ik toch bezig was, heb ik verder onderzoek gedaan op internet naar de anatomie van een vogelpoot. We beginnen bij de tenen, dan omhoog naar de voet (Tarsus). Die gaat van de hiel naar het scheenbeen (Tibia) en dan via een knieschijf (Patella) naar het dijbeen.

Het bijzondere is, dat we bij kleine vogels vaak alleen de tenen en voet zien. Met een knikje van de hiel gaat de rest schuil in het lijfje. We spreken vaak over de poten van een vogel maar zien dus vooral de voet. Hieronder een oudere foto van een tureluur waarbij je goed kunt zien dat de tenen overgaan in een lang stuk voet, dan een knik (dit is de hiel) en een stukje scheenbeen dat verdwijnt in het verenkleed. Het dijbeen is nooit zichtbaar, bij geen enkele vogel.

Tureluur met 3 voortenen waarvan er nu twee goed zichtbaar en een mini-achterteen

Tot zover deze verhandeling over potige voeten. Robert & Sanne hebben hun eerste vogel-excursie erop zitten en volgens mij vonden ze het nog leuk ook. Gezegd moet worden dat Robert tevens een goed oog heeft voor hazen. Helaas kunnen die niet vliegen…