Zal ik wel, zal ik niet… de dag begon grijs, bewolkt en de vooruitzichten waren niet veel beter. En toch, een frisse neus en ‘wie weet wat je tegenkomt’ zijn goede argumenten om toch de fiets op te stappen. Zo gedacht, zo gedaan. Het voordeel van dit weertype is dat de meeste mensen wellicht wachten op betere tijden. Dat resulteerde in een heerlijk rustige kijkochtend met genoeg interessante waarnemingen. Zoals het paartje zomertaling. Klein formaat eend, goed te herkennen aan het ‘kikkerachtige’ geluid en ook de mooie witte baan over de kop van meneer valt op. Ze duiken nogal eens de slootkant in en dan zijn ze ineens verdwenen. Hopelijk zijn ze daar een gezellig nestje aan het maken.
De grutto’s zijn ook volop bezig met de toekomst. Veel baltsvluchten, territoriumdrift en tja, ook Mag ik even bij jou?:
Vanwege de levering van een pakketje, was ik aan de tijd gebonden. Ruim op tijd begon ik aan de terugtocht, tot ik opeens in het riet langs het Valleikanaal een bekend riedeltje hoorde. Nee, geen rietzanger. Een blauwborst, mijn eerste dit seizoen. Die kon ik niet ongezien voorbijgaan, dus een klein stukje terug gefietst en rechtstreeks naar die betreffende rietkraag gelopen. En ja hoor, daar zat meneer. Te zingen dat het een lieve lust was, hopelijk voor hem vatten de dames blauwborst het ook zo op.
Toen ik uiteindelijk toch echt op de terugweg was, deed deze prachtige gaai ook nog even een muzikale duit in het zakje. Vlaamse gaaien kunnen heel bijzondere klanken produceren, je staat er gewoon van (en naar) te kijken.