Prachtig kleed

Als je al zo lang in een gebied komt, valt een verandering meteen op. Rakker heeft een nieuw huis gekregen. De boom waar de oude uilenkast in stond is gekortwiekt. Aan de andere kant van het hek staat nu een kast op een paal. Ziet er niet echt cosy uit zo, maar ik denk dat het best eens een goede zet kan zijn. In ieder geval is het op deze manier voor de kijker makkelijk om het reilen en zeilen rond de nestkast in de gaten te houden. Hopelijk wordt er komend seizoen al een nestje hierin grootgebracht.

Bij de watertjes aan de Egelsteeg heb ik de eenden een poosje gevolgd. Er komt aardig wat wandel- en fietsverkeer langs en ook auto’s mogen daar rijden. Daardoor ga ik er niet zo snel op een krukje zitten, maar het is wel een leuke plek om eens uitgebreid naar de eendenperikelen te kijken. Een eend is een eend, zou je kunnen denken. Nou, als je het stelletje eens wat langer observeert, dan is het gewoon vermakelijk. De actie als ze met elkaar ‘op de vuist gaan’ en de interactie, als ze elkaar passeren. Mooi spul. Er zwemt een paartje slobeenden rond, heel wat wilde eenden en enkele kuifeenden. Wilde eenden hebben een lange broedperiode, namelijk van februari tot augustus. Er mag op ze gejaagd worden, maar vanwege het lange broedseizoen mag dat van 15 augustus tot en met 31 januari. Die lange broedtijd is dus in het voordeel van de wilde eend. Ook nog eens een slimme eend, dus. In ieder geval is de woerd (man) prachtig:

De vrouwtjes koketteren allerminst met fancy kleuren. Niet opvallen is voor hen het uitgangspunt. Dame slobeend heeft dan nog wel een bijzondere snavel (zie je de lamellen waardoor het water gefilterd naar buiten wordt geperst?!) en ach, mevrouw wilde eend heeft een fraaie oogstreep.

Slobberman behoeft geen enkele aanprijzing.

Op het keerpunt van de tocht heb ik even stilgestaan om te genieten van twee veldleeuweriken die het hoge luchtruim onafgebroken vulden met hun zang. Je ziet ze (als je geluk hebt) als zwarte stipjes in de lucht en toch voel je je omgeven door prachtige zangkunst. Wat een wonder van de natuur.

Vanmiddag ook nog een rondje Zandgat gelopen. Bij de manege stond een boom in bloei met van die tere witte bloemetjes. Zo fraai. Een roodborst bracht de lente nog wat dichterbij.

Bij de grote plas zat een aalscholver parmantig op een paal. Hij rekte één vleugel even uit waardoor het verenpatroon extra opvalt. Ze zijn nu op hun mooist met witte wangen en dijen. Verder zilverwitte ‘manen’ op de kop en in de nek en een gele keel. Dit heet een prachtkleed, in de loop van het broedseizoen verdwijnen deze extra’s weer.

Op de terugweg nogmaals langs de ‘feest’boom gewandeld, ik kon het niet laten om nog een plaatje te schieten (met een gekleurde achtergrond van de wei).