Ontdekkingsreiziger

Verre reizen zijn aan mij niet besteed. Wat dat betreft ben ik een echte ‘huismus’, gehecht aan mijn eigen omgeving. Toch voel ik mij af en toe een ontdekkingsreiziger, maar dan dicht bij huis. Want ook al ben ik vaak langs de hoogspanningsmast gefietst, nu zitten er ooievaars in het topje. En staat de wind dusdanig dat de snavel van dit exemplaar in de borstveren verdwijnt en met dat opgelichte pootje ontstaat er zomaar een chique pose:

Er viel nog meer te ontdekken, zoals twee raven in het gras. Dat is op zich niet zo bijzonder, dit is hun territorium en ik kom ze regelmatig tegen. Maar dan duikt er ineens ook een bruine kop uit de vegetatie omhoog: een buizerd. Alle drie zijn ze ergens van aan het eten. Gezien de afstand van elkaar lijkt het alsof daar aas ligt van serieuze omvang.

Rakker liet zich eventjes zien. Deze zwart-witopname laat de texturen goed uitkomen: het gladde van de goot, het harde van de stenen en het grillige van het mos op de pannen. En dan die fluffie veertjes van de steenuil. Mooi toch.

Zo honkvast als de steenuil is, hier kun je jaarrond ook een paartje roodborsttapuiten waarnemen. Eveneens geen wereldreizigers dus, maar lekker vertrouwd in eigen omgeving. Deze dame roodborsttapuit komt beter tot haar recht in kleur:

Boven het jagershuisje lopen hoogspanningsdraden, daar had een torenvalk plaats genomen en deze was de omgeving aan het scannen. Opeens verlaat meneer zijn zitplaats om pal boven mij te gaan bidden. Ik had geen tijd om te switchen van opnamestand, normaal gesproken neem ik vliegopnames in een andere modus met een snellere sluitertijd. Gelukkig ging het goed en kon ik redelijk scherpe opnames maken.

Iets verderop richting Wageningen zaten putters in katjes te pikken, op zoek naar lekkere zaadjes. Om alles even door te spoelen, is een plasje water aan de kant van de weg reuze handig.

Een eeuwenoude veeneik was bezet met nog een torenvalk die de grond afspeurde. Deze valken bekijken de boel graag vanuit de hoogte.

Als ze eenmaal iets in de gaten hebben gekregen, dan gaan ze stil hangen boven die plek. En als je geluk hebt, dalen ze ook nog eens zeer fraai recht naar beneden.

Al veel gezien op mijn route, maar nog geen dodaars. Vreemd, want die zijn er zeker wel. En ja hoor, daar plopt er eentje uit het Valleikanaal omhoog. Op jacht en dus iets minder schuw. Verderop nog een exemplaar gespot en nu kun je goed zien hoe klein deze futensoort eigenlijk is, vergeleken met de meerkoet.

Mijn tocht eindig ik met een aantal reetjes die heel grappig bij elkaar stonden. De witte vlek bij het achterwerk lijkt wel licht te geven. Het wordt een schortje genoemd en hoort bij de ‘winterdracht’ . Wat een ontdekking!