We hebben er een extra camera bijgekocht zodat Jeff en ik allebei gewapend met een verrekijker en een camera de natuur in kunnen trekken. Kunnen we onze eigen camera-instellingen aanhouden en tegelijk onze fotografie-hobby beoefenen. Want oefenen, dat is nodig. Zoals veel zaken komen mooie foto’s je meestal niet aanwaaien. Kennis én ervaring, dat is de combi. En je moet er ook wel oog voor hebben. Als je het niet ziet, kun je het ook niet maken.
Jeffrey kan heel goed landschapsfoto’s met prachtige wolkenpartijen maken. Ik heb juist moeite om een mooie compositie of uitsnede te bepalen. Landschap is vaak zo groot. Ik zoom meer in op de details, de kleine zaken vallen mij op en meestal weet ik er wel raad mee.
Met vogelen komt er nog een dimensie bij, namelijk snelheid. Want o, wat zijn die beestjes vliegensvlug. Eerst moet je de vogel lokaliseren, dan richten en scherpstellen (hopelijk heb je alle camera-instellingen op dat moment goed staan) en dan nog hopen dat het vogeltje even blijft zitten, wat meestal niet het geval is. Soms lukt het, meestal niet.
Vandaag een heerlijke boswandeling gemaakt en zowel vogels als natuur gefotografeerd. De boomklever was me te snel af, de gemaakte foto’s konden zo in de prullenbak. Maar de allerlaatste foto van deze wandeling, laat die nou net gelukt zijn. En dat wist ik op dat moment nog niet, dat zag ik later. Dit boomkruipertje verdween telkens achter de stam maar ik kon ‘m op het juiste moment goed vastleggen.