Vanwege de gemiste zonsopkomst woensdag, ben ik gisteren voor mijn werk alsnog voor dag en dauw opgestaan. Zo was ik ruim op tijd op de plek van bestemming gearriveerd. Maar geen bijzondere, rode ochtendlucht te zien. Wel een wolk die prachtig uitwaaierde over de hemel:
Hier weer mijn krukje geïnstalleerd met het idee om rustig van het uitzicht te genieten en wachten tot er iets moois voorbij komt vliegen. Nou, er kwam genoeg langs, alleen iets te dicht in mijn buurt. Ik werd omgeven door muggen, van die nare zoemers waar je van het geluid alleen al de kriebels krijgt. Wegslaan had geen zin, ze bleven komen. Ik had bedekkende kleren aan en mijn handen probeerde ik zoveel mogelijk te beschermen. Niet gelukt én ze hebben door mijn broek heen geprikt. Ik heb meer dan 15 muggenbulten. Tja, je moet er wat voor over hebben. Gelukkig kwam er ook een mooi insect aanvliegen die vlakbij plaats nam op een grasje. Een tengere grasjuffer volgens waarneming.nl.
Het paapje was ook weer aanwezig, nu in gezelschap van een mannetje roodborsttapuit. Heel apart, de tapuit leek ‘m steeds wat op te jagen en toch bleef het paapje in zijn buurt.
Iets verderop vloog een slechtvalk laag over het veld rondjes. Geen idee waar die het op had gemunt, maar zo kon ik hem wel even goed volgen. Daar vlak in de buurt stonden twee groenpootruiters pootje te baden. Ver weg, maar wel een leuke waarneming.
Ze zijn bij de Veensteeg richting Wageningen de velden aan het maaien. Een kale boel zo en de vogels missen nu de dekking van het hoge gras. Roofvogels kunnen hun prooi zo van het veld plukken, bij wijze van spreken. Maar dat is niet het enige gevaar, ik zag een moederfazant met jong vlak voor de ‘gras-omwoeler’ rennen, ze moesten voortmaken om niet ten prooi te vallen aan dit mechanische beest.
Bij de sloot aan de Kooiweg gingen de dodaars in dekking, die zijn zo klein dat je ze al snel niet meer ziet. De zilverreiger daarentegen is niet alleen te groot om zich te verstoppen, het wit spat ervan af. Alleen in sneeuwlandschap zou deze beauty misschien kunnen opgaan in zijn omgeving.
En toen was het tijd om naar mijn werk te gaan. Wel een lange dag zo, maar zo’n start is toch wel heerlijk.