De wegafsluiting zou t/m de 14e zijn, maar het is nog niet helemaal af. Wel bijna en het hek stond open, dus kon ik er met de fiets prima door gaan.
De velden kleuren prachtig en ook een eenvoudige graspieper voegt iets toe aan het geheel.
Na de Kooiweg nog een poosje in het veld bij de uitkijktoren genoten van de mooie veldbloemen en prachtige lucht:
Daar ligt ook een stukje drassig gebied, ideale leefomgeving voor de kleine plevier. Zijn menu bestaat vooral uit insecten, maar ook spinnetjes en andere ongewervelden is hij niet vies van. Het is een typische oogjager: lopen-stoppen-pikken-lopen-stoppen-pikken-lopen… nou ja, je begrijpt het wel.
Nog een jager met een scherpe blik, die juist van grote afstand de grond onder zich afspeurt, is de torenvalk. En als er dan iets te zien valt, dan met een snelle duik naar beneden. Lang niet altijd succesvol, maar gewoon blijven proberen.
Helaas speelde mijn chronische klachten flink op, ik had liever langer gebleven en zou na mijn natuurtocht nog naar een vriendin gaan. Dat liep anders, ik ging regelrecht naar huis en moest eerst plat om bij te komen van de pijn. Toch kon ik, voordat het écht niet meer ging, nog een mooie interactie meemaken van deze zwarte kraai en juveniele buizerd. Beetje pokeren, stoer mannengedoe of weet ik niet wat. In ieder geval maakte het op mij wel indruk.
En mijn vriendin, die kwam gewoon bij mij. Zo kan het ook, een beetje aanpassen en weer door.