Dag in delen

Vandaag wil ik de hele buitenboel aanpakken. De hittegolf is eventjes voorbij, maar later in de week zouden er weer ‘onwerkbare’ temperaturen komen. Boven de 25 graden doe ik niet veel meer dus nu moet het gebeuren. Toch is het nog behoorlijk warm in de zon en daarom ga ik deze tuinklus per gedeelte uitvoeren.

Deel 1 heb ik net achter de rug en ik zit nu achter de computer uit te rusten met een glas water. Om half 11 ben ik aan de voortuin begonnen: voornamelijk geharkt en de tuingeraniums van bruin blad ontdaan. Terwijl ik in de tuin bezig was, verwachtte ik elk moment kattenmeuk tegen te komen, zo vies rook het. Maar uiteindelijk kwam ik erachter wat de oorzaak van die nare geur was: de kliko’s. Die stonden voor aan de weg en door het warme weer stonken ze enorm. Na de tuinwerkzaamheden de stoep geveegd en de parkeerplek voor ons huis. Toen was het hoogste tijd voor een pauze en om onze kliko schoon te maken. Wordt vervolgd…

Deel 2 is klaar om kwart voor 2. Na de middagmaaltijd ben ik bezig geweest met ‘rundum zum Hause’. Dat wil zeggen: zijpad, stoep achter, bij de buren en bij de put geveegd en van onkruid ontdaan. ‘Mam, waarom doet u dat?’, luid de kritische vraag van één van onze jongens. Mijn antwoord: ‘Omdat ik niet van zooi houd’. ‘Zooi…?’ en dan die blik erbij. Ja, ik vind het zooi als er overal zand, blad en onkruid ligt. Dat zal niet iedereen vinden en nog minder mensen zullen zich eraan storen. Maar ik wel, dus ruim ik het op. Logisch toch? Ik neem weer even een pauze, schrijf dit tweede stukje en ga straks vol goede moed aan deel drie beginnen, het leukste gedeelte.

De pauze duurde iets langer i.v.m. een mooi boek waar ik nog ‘eventjes’ in wilde lezen. Om drie uur begon ik aan het derde deel van deze heerlijke tuindag. De achtertuin: onkruid verwijderen, zonnehoed opbinden, de lavendel en de druif snoeien en ook de kardinaalsmuts kon wat knipwerk gebruiken, de drie varens ontdaan van hun uitwaaierende bladeren en dan nog alles vegen. Om 6 uur was deze klus geklaard en was mijn puf op.